Recensie Maarten Hell, De Amsterdamse herberg 1450-1800

Maarten Hell, De Amsterdamse Herberg 1450-1800. Geestrijk centrum van het openbare leven; Nijmegen: Vantilt, 2017: ill., 488 pp., ISBN 97894600043437; € 29,95

Carin Gaemers

De functies van het herbergwezen in het openbare leven in Amsterdam in de periode 1450-1800, dat is de invalshoek die Maarten Hell koos voor zijn promotieonderzoek. Dat blijkt een vruchtbare insteek. Met deze benadering konden gegevens uit uiteenlopende archiefcollecties in een zinvol verband worden geplaatst. Het resultaat is een studie waarin brede structuren worden blootgelegd, terwijl tegelijkertijd fascinerende inkijkjes worden geboden in het dagelijks leven.

De historiografie van het herbergwezen is beperkt in omvang en in reikwijdte. Op het  befaamde Alehouses van Peter Clark in 1983  volgde Public drinking and popular culture in eighteenth-centrury Paris van Thomas Brennan, en van Kűmin en Tlusty verschenen studies naar drinkhuizen in Bern en Beieren. Voor Nederland is de studie naar de maatschappelijke plaatsbepaling van de herberg in ’s Hertogenbosch tussen 1650 en 1800 van B. Deseure uit 2007 de enige relevante studie. Wel kon Hell putten uit de vele contemporaine publicaties en studies met betrekking tot de stad Amsterdam en het openbare leven.

Het resultaat is een studie waarin brede structuren worden blootgelegd, terwijl tegelijkertijd fascinerende inkijkjes worden geboden in het dagelijks leven.

Hell onderscheidt vier basisfuncties van herbergen. Allereerst boden herbergen een onderkomen waar stedelingen en vreemdelingen konden eten, drinken en vaak ook overnachten. De tweede functie vloeit daaruit voort: herbergen waren ontmoetingsplaatsen waar sociale netwerken samenkwamen voor vertier en handel en waar men zich op de hoogte kon stellen van stedelijk, gewestelijk en internationaal nieuws. Ten derde vormden herbergen een podium voor politieke activiteiten.  De vierde functie was die van een steunpunt voor het regionale vervoersnetwerk en voor handelsnetwerken.

Niet alle herbergen boden alle basisfuncties. Herbergen buiten de poorten, op de oever van het IJ of aan een belangrijke vaarweg door de stad, groeiden uit tot aankomst- en vertrekpunt voor de beurtvaart, terwijl herbergen in de havenbuurt zich richtten op de Hanze handel. Gilden en schutterijen hadden vaste herbergen waar zij vergaderden en hun feestmaaltijden organiseerden. In de grootste en meest exclusieve herbergen werden prominente gasten van het stadsbestuur ondergebracht, zoals in De Rode Leeuw op het Damrak. En natuurlijk waren er ook herbergen die uitsluitend drank serveerden.

In een handelsstad als Amsterdam waren overal herbergen te vinden waar kooplieden samenkwamen en hun klanten troffen. De waarden van deze herbergen brachten klanten en kooplieden met elkaar in contact en hielpen handelaren van buiten de stad bij het regelen van transport en het vinden van opslagruimte. Daarnaast verleenden zij diensten in het betalingsverkeer en als kredietverschaffer. Vanwege die spilfunctie in het handelsverkeer, belastte het stadsbestuur de herbergiers met de registratie van vreemdelingen en het verspreiden van overheidsinformatie.

Het omvangrijkste deel van deze studie is gewijd aan de periode 1578-1800. In de decennia nadat Amsterdam zich in 1578 had aangesloten bij de Opstand nam de economie een enorme vlucht. Met de forse bevolkingstoename en de explosieve groei van de internationale handel nam de behoefte aan drinkhuizen toe. In vijftien hoofdstukken laat Hell zien hoe de economische groei leidde tot diversificatie in het aanbod en verschuivingen in de basis taken van herbergen.

In vijftien hoofdstukken laat Hell zien hoe de economische groei leidde tot diversificatie in het aanbod en verschuivingen in de basis taken van herbergen.

De uiteenlopende typen herbergen zijn in al hun schakeringen beschreven. Er waren stadsherbergen, buitenherbergen, herenherbergen, veilingherbergen, slaapbazen, speelhuizen, koffiehuizen, dievenkroegen, bordelen, muziekherbergen en uitspanningen met doolhoven, dierentuinen en kolfbanen. Het uitvoerige onderzoek van al die verschillende bronnen leverde een vracht aan details op over indeling, inrichting, aanbod, personeel en clientèle van al die herbergen. Hell tekende het in zulke heldere kleuren op dat de lezer bijna het gevoel krijgt er zo binnen te kunnen stappen.

Aan de hand van de lotgevallen van waarden, waardinnen en hun gezinnen maakt Hell duidelijk dat het herbergwezen geen garantie bood op een goed inkomen. Het grootste deel van de herbergiers bewoog voortdurend rond de armoedegrens. Slechts een handvol leefde in welstand. De overigen konden van de inkomsten goed rondkomen, mits het een beetje meezat. Voor alle herbergiers, groot of klein, was er een aanzienlijke kans op een faillissement. Door slecht management, een financiële tegenslag, een handelscrisis, of een verandering in de voorkeur van het publiek. Ook een chronische ziekte, invaliditeit of overlijden van de waard of zijn echtgenote, vormde een acuut bedrijfsrisico.

Die onzekerheid blijkt een constante factor in de periode die dit onderzoek bestrijkt. Hetzelfde geldt voor het belangrijke aandeel van de sector in de stadsfinanciën. Accijnzen op alcoholverbruik vormden een aanzienlijk deel van de stedelijke inkomsten. De stad legde het herbergwezen wel aan banden, maar had tegelijkertijd een groot financieel belang bij het voortbestaan van de sector als zodanig.

Met het breed opgezette onderzoek naar de functies die herbergen in het vroegmoderne Amsterdam vervuld, vult Maarten Hell meer dan een leemte in de geschiedschrijving van Holland.

Met het breed opgezette onderzoek naar de functies die herbergen in het vroegmoderne Amsterdam vervuld, vult Maarten Hell meer dan een leemte in de geschiedschrijving van Holland. De Amsterdamse Herberg  is internationaal gezien een waardevolle bijdrage aan dit vrijwel onontgonnen onderzoeksterrein. Deze studie is tevens een krachtige proeve van wat grondig systematisch archiefonderzoek vermag als bronnen met betrekking tot een onderwerp niet als een corpus zijn bewaard. Daarnaast is dit een prettig leesbaar boek vol aansprekende en vermakelijke details. Zo meeslepend en vol verhalen als een stevige kroegentocht maar kan zijn.