Bullebakken in Mokum: sporen van een oude urban legend
Henk Looijesteijn
Hollanders laten zich voorstaan op hun nuchterheid. Maar nog diep in de 20ste eeuw waarschuwden ze allerwegen hun kroost weg te blijven bij de waterkant. Daar lagen immers tal van verdrinkende waterspoken op de loer. Vele namen hadden deze waterschrikken, als krulleboes, haantje pik, boeman of bul, maar in heel Holland, van de Hoeksche Waard tot de Anna Paulownapolder, troffen de volkskundigen van het Meertensinstituut vooral de bullebak aan. Op de verspreidingskaart uit 1965 ontbreken meldingen uit Amsterdam en omgeving, maar juist in de hoofdstad zijn nog sporen te vinden van deze gevreesde waterschrik.

Afb. 1 Overzichtskaart Watergeest en waterschrik door P.J. Meertens e.a., 1965. Geraadpleegd via Joep Kruijsen en Nicoline van der Sijs (samenstellers) (2016), Meertens Kaartenbank, op www.meertens.knaw.nl/kaartenbank/; eerste versie gelanceerd in 2014.
Op negen minuten lopen van mijn huis vind je de Bullebaksluis, daar waar de Bloemgracht en de Lijnbaansgracht elkaar kruisen. Tegenwoordig is het een brug, maar toen het in 1613 werd gebouwd was het een sluis naast de Raampoort, zodat je vanuit de Bloemgracht de Singelgracht op kon varen. Al in de 17de eeuw werd de sluis in verband gebracht met de bullebak, die overigens overal in Amsterdam te vinden was, hetgeen niet verbaast gezien de vele verdrinkingen in vroegmodern Amsterdam. De geschiedschrijver Jan ter Gouw (1814-1894) legde het aan de sluis verbonden volksverhaal vast in zijn boek Amstelodamiana (Amsterdam 1874; blz. 177-178): de bullebak ‘was een ijselijk waterspook, dat in diepe kolken woonde, en altijd op de loer lag, om den onvoorzigtige, die zich te digt op ‘t kantje waagde, bij de beenen te pakken en in de diepte te sleepen. Ook dit sluisgewelf werd voor een schuilhoek van den Bullebak gehouden: bij donkeren avond kon men hem horen brullen en ‘t water horen ruischen van zijn gewoel; ja, er waren lieden die zijn kop met vurige oogen over de sluisdeur hadden zien uitkijken’.


Afb. 2a-b De Bullebaksluis, waar tot de 19de eeuw een ‘ijselijk waterspook’ woonde die onvoorzichtige Amsterdammers in het diepe water verdronk.
Vooral als er gespuid werd, liet de bullebak dus van zich horen, totdat de wallen en het sluisgewelf werden afgebroken. Niemand wist waarheen de bullebak verhuisd was, aldus Ter Gouw; blijkbaar was dat naar het uiteinde van de Lijnbaansgracht, waar die aansluit op de Brouwersgracht, want de brug daar kreeg de bijnaam Bullebak, en heet tegenwoordig ook ambtelijk zo. Maar wie nu langs de kalm kabbelende wateren van de Lijnbaansgracht loopt, kan zich niet voorstellen dat daar ooit een verdrinkend monster rondwaarde.
Overigens ontbreekt het Amsterdam niet aan een plaatsvervangende urban legend, al moet men ervoor naar Nieuw West. Tussen 1948 en 1956 werd de voormalige Sloterdijkermeerpolder daar vergraven vanwege de zandwinning wat nodig was voor de aanleg en bouw van deze nieuwe stadswijken. Het daardoor ontstane en voor Hollandse begrippen buitengewoon diepe meer – op sommige plekken zelfs dertig tot veertig meter diep – werd bestemd voor buitenrecreatie. Vanaf 1957 mocht men er zwemmen, maar in de eerste weken verdronken al twee zwemmers in het midden van het meer, waar het water het diepst en koudst is. Sindsdien heeft het meer met name in hete zomers meer levens geëist. Vandaar dat moeders al in de jaren zestig hun zwemlustige kinderen waarschuwden voor het monster van de Sloterplas…

Afb. 3 De wateren van de Sloterplas herbergen naar verluid ook een verdrinkend monster – is het meer de huidige woonst van de bullebak? Hij woonde er al toen het nog een polder was…
Nu geeft het toch te denken dat ook de boeren in de verdwenen Sloterdijkermeerpolder gewoon waren hun kinderen te waarschuwen voor de bullebak… En zeg nu zelf, zo’n ruim en diep meer is toch prettiger wonen dan die smalle Lijnbaansgracht.
Voor wie meer wil weten, Peter Paul de Baar schreef over de bullebak in Ons Amsterdam (https://onsamsterdam.nl/stadslegenden-de-bullebak). Zie voor het monster van de Monsterplas: Fred Martin, Jan-Paul van Spaendonck en Anthonie Holslag, Het monster van de Sloterplas (Amsterdam 2015).