Recensie M. Bultink e.a., De Bollenstreek
M. Bultink, P. Goemans, P. Nijhof, J. Warmenhoven, J. Zwetsloot red., De Bollenstreek. Landschap & Erfgoed van de Bloembollencultuur CultuurHistorisch Genootschap Duin- en Bollenstreek, Damen Grafia, 2015, Haarlem, 192 p., geïll., ISBN geen, prijs €25,-
door André van Noort, Erfgoed Leiden en Omstreken
Dit boek gaat over de geschiedenis van de Bollenstreek, maar wat is nu die Bollenstreek precies? Het boek mist een duidelijke definitie en afbakening van de streek. Ondersteund door de grote hoeveelheid illustraties krijgt de lezer de indruk dat die zich toch vooral in Lisse en Hillegom bevindt. De twee dorpen spelen in dit boek een overheersende rol. Er is weinig aandacht voor het zuidelijk deel van Bollenstreek, terwijl ook in dorpen als Oegstgeest, Wassenaar, Rijnsburg, Valkenburg, Katwijk en Warmond bollen werden geteeld. Interessant is de oppervlakte bloembollengrond in 1906 op bladzijde 157. Hierin worden genoemde dorpen genoemd, maar de geschiedenis van hun bollenteelt wordt helaas niet uitgewerkt.
Het boek mist een duidelijke definitie en afbakening van de streek. Ondersteund door de grote hoeveelheid illustraties krijgt de lezer de indruk dat die zich toch vooral in Lisse en Hillegom bevindt
In het boek worden de verhalen van vijf succesvolle bollenfamilies verteld. Het is niet duidelijk waarom de keus op hen gevallen is. Ze geven geen goede afspiegeling van de bollenbedrijven in de Bollenstreek, omdat het stuk voor stuk succesverhalen zijn van grote bedrijven. Er is nauwelijks aandacht voor de kleine bollenbedrijven, terwijl die er wel in grote getale waren. Interessant is het verhaal over de familie Zandbergen uit Rijnsburg en Oegstgeest, omdat het een ander beeld van de Bollenstreek schetst. In de geschiedschrijving over de Bollenstreek voeren de hyacinten en de tulpen meestal de boventoon. Deze familie en specialiseerde zich daarentegen in de teelt en veredeling van narcissen.
Interessant is het verhaal over de familie Zandbergen uit Rijnsburg en Oegstgeest, omdat het een ander beeld van de Bollenstreek schetst. Deze familie en specialiseerde zich in de teelt en veredeling van narcissen
Niet alleen de bollenbedrijven komen in het boek aan bod. Vernieuwend is dat er ook aandacht is voor bedrijven die aan hen gerelateerd zijn, zoals transportbedrijven, leveranciers van machines en van de gewasbeschermingsmiddelen en spoelbedrijven. Deze bedrijven worden in de geschiedschrijving over de Bollenstreek meestal vergeten. In het boek wordt ook stilgestaan bij het bollenerfgoed: bollenschuren, bollenvilla’s, de schaftschuurtjes, de arbeiderswoningen en de beukenhaagjes. Het is goed dat moderne bollenschuren – ondanks dat ze geen aanwinsten voor het landschap zijn – genoemd worden, want hieraan is nog nimmer aandacht besteed. De schaftschuurtjes, de arbeiderswoningen en de beukenhaagjes worden in hun voortbestaan bedreigd en verdwijnen in een rap tempo. De schrijvers zijn er uitstekend in geslaagd de lezers bewust te maken van de waarde van dit erfgoed.
In het boek wordt stil gestaan bij het bollenerfgoed: bollenschuren, bollenvilla’s, de schaftschuurtjes, de arbeiderswoningen en de beukenhaagjes De schrijvers zijn er uitstekend in geslaagd de lezers bewust te maken van de waarde van dit erfgoed
Er is in het boek ook aandacht voor de gevolgen van de bollenteelt voor het landschap, onder andere door de grootschalige afzandingen. In 1931 beschreef een journalist de Bollenstreek in 1931 ‘één grote bomenlooze, troostelooze woestijn gedurende elf maanden van het jaar’. Een andere journalist merkte in 1952 – terecht – ook op dat de Bollenstreek geen mooie streek was. Moderne ontwikkelingen zoals de kassenbouw en de grootschalige woningbouw komen eveneens aan de orde. Aan het slot van het boek krijgen het toerisme en de toekomst van de Bollenstreek aandacht. Ook dit is vernieuwend, want in de geschiedschrijving over de Bollenstreek komen zij nimmer aan de orde.
Het is een gemiste kans dat het boek niets zegt is over de crisis van de jaren dertig, want deze was voor de bollenteelt zeer ingrijpend. Er werd te veel geproduceerd en de overheid probeerde een halt toe te roepen aan deze overproductie door te saneren. Voor de kwekers en het landschap had dit grote gevolgen. Bollenland werd afgestoten en vooral onder kleine kwekers heerste armoede. Het zou goed zijn als er ooit wetenschappelijk onderzoek gedaan wordt naar de gevolgen van deze crisis voor de bollenteelt.
Concluderend is het een prachtig geïllustreerd en prima leesbaar boek. Hopelijk gaan veel mensen dit boek lezen zodat ze zich bewust worden van de historische en landschappelijke waarde van het bollenerfgoed
Concluderend is het een prachtig geïllustreerd en prima leesbaar boek. Opvallend is de grote aandacht voor Lisse en Hillegom, waardoor de lezer een vertekend beeld van de Bollenstreek krijgt. Er is ook weinig aandacht voor de kleine kwekers en het boek laat daarmee toch weer zien dat ’de grote jongens‘ geschiedenis geschreven hebben. We moeten af van het traditionele historische beeld van een Bollenstreek die alleen maar bestaat uit grote succesvolle hyacinthen- en tulpentelers uit Lisse en Hillegom. De geschiedenis van de Bollenstreek is meer dan alleen dat. Daarentegen zijn de schrijvers er prima in geslaagd iets nieuws over de Bollenstreek te schrijven. Het is waardevol en nuttig dat er aandacht is voor andere bedrijven dan alleen bollenbedrijven: voor moderne landschappelijke ontwikkelingen, het toerisme en niet te vergeten de schaftschuurtjes, beukenhagen en arbeiderswoningen. Hopelijk gaan veel mensen dit boek lezen zodat ze zich bewust worden van de historische en landschappelijke waarde van het bollenerfgoed.
Verwijzing: Holland Historisch Tijdschrift, André van Noort, 11 januari 2016.