Een bloemlezing van ellende

Door Marieke Dwarswaard

Een regiografie                                                                                                       

Het verhaal van de economische crisis van de jaren dertig van de 20ste eeuw, die begon met de Beurskrach in 1929, is bij de meeste Nederlanders bekend. Dat bepaalde regio’s van Nederland veel zwaarder werden getroffen dan andere, is minder algemene kennis. In Stakkers en Stakers wil historicus Bart Lankester, die eerder biografieën schreef van de linkse verzetsstrijdster Trien de Haan en van sixties-icoon Loes Hamel, laten zien hoe de crisis het gebied boven Alkmaar raakte. Hij noemt dit ‘een regionale biografie, een ‘regiografie’’. (p.9).   

Centraal staan de vragen ‘Hoe was het gesteld met de werklozen, armen en opstandigen in Noord-Holland Noord? Wie waren ze, waar woonden ze, wat was hun afkomst en hoe hielden ze zich in de ellende staande?’ (p.9). Om deze vragen te beantwoorden, is Lankester op zoek gegaan naar een combinatie van persoonlijke gegevens en bestuurlijke informatie over de werkverschaffing en het armoedebeleid. Hij heeft deze informatie aangevuld met getuigenissen van nabestaanden van inwoners van het gebied die de crisis hebben meegemaakt.

Interessant gebied                                                                                                                                                      

De kop van Noord-Holland is een interessante case study, en dat weet Lankester overtuigend neer te zetten. Het gebied werd zwaar getroffen vanwege de afhankelijkheid van landbouw als belangrijkste bestaansmiddel: met name de tuinbouw in het oosten en westen van West-Friesland leed enorm onder de crisis. Ook de visserij verkeerde in zwaar weer, maar daar speelden al langer problemen. Een uitzondering was de bollenteelt. Er was in de regio geen sprake van grote industrie die voor veel werkgelegenheid zorgde. De grootste werkgever in het gebied was de marine in Den Helder. De middenstand leed eveneens onder de crisis, doordat mensen steeds minder geld voor levensmiddelen hadden.

De regio is eveneens interessant omdat de rijksoverheid in 1932 begon met een enorm werkverschaffingsproject: de ontginning en het bouwrijp maken van de Wieringermeer. Hier kwamen niet alleen arbeiders uit het gebied zelf te werken, maar ook werklozen uit de rest van Nederland, met name uit de noordelijke provincies. Dat zorgde voor spanningen. Enerzijds vanwege huisvestingsproblemen, anderzijds doordat de arbeiders uit het noorden gewend waren om in opstand te komen als iets hen niet zinde. In de kop van Noord-Holland waren stakingen lang een zeldzaamheid, maar met de komst van met name vrije socialisten uit Groningen en Drenthe veranderde dat.

Schakelen

De werkgelegenheidsprojecten die er waren, vergden fysiek veel van de tewerkgestelden. De crisis duurde daarnaast erg lang. Volgens Lankester zou het ‘tot zeker midden jaren vijftig duren voordat de diepe armoede eindelijk was beteugeld en de grootschalige werkloosheid was teruggedrongen. Al met al had de economische crisis, die in 1929 was begonnen, een hele generatie geduurd.’ (p.141).

Lankester verzamelde veel informatie, prachtige foto’s en persoonlijke anekdotes. Helaas resulteert dat in een enigszins rommelig geheel. In de lopende tekst vertelt de auteur het grotere verhaal, afgewisseld met kaders waarin persoonlijke verhalen van mensen uit het gebied uitgelicht worden. Zo beschrijft hij onder andere het leven van de katholieke tuinder Theodorus Berkhout (p.35), de agent voor arbeidsbemiddeling Piet Commandeur (p.43) en de Drentse anarchist Rense Holtjer (p.116). Ook zijn er kaders over organisaties als de Heidemaatschappij en over relevante wetgeving, zoals het erg nuttige overzicht waarin alle landbouwcrisiswetten kort worden samengevat.

Omdat de persoonlijke anekdotes echter losstaan van de hoofdtekst, moet je als lezer voortdurend schakelen. Samen vormt alle informatie in het boek absoluut een helder antwoord op de centrale vraag: was het slecht gesteld met de armen en werklozen in deze regio? Wellicht was het beter geweest om met twee katernen te werken, of de anekdotes meer in het verhaal op te nemen. Al met al is Stakkers en Stakers als regiografie een genre dat absoluut navolging verdient, maar dat baat had gehad bij andere indeling.

B. Lankester, Stakkers en stakers. Hoe Noord-Holland Noord worstelde met armoede en werkloosheid, 1930-1940, Wormer: Uitgeverij Noord-Holland, 2024, 164 blz., ill., ISBN 9789492335500, €29,95.