Henk Looijesteijn
In de zomer verblijf ik een maand in Driehuis, omwille van Midas de kat. Als kleinbehuisde Amsterdammer laat ik dan de stoffige stad voor wat die is, en druk ik de voetstappen van vele andere Amsterdammers uit het verleden. Driehuis wordt namelijk aan de ene kant begrensd door begraafplaats Westerveld – een Amsterdams initiatief – en aan de andere kant door lommerrijke buitenplaatsen – Schoonenberg, Velserbeek, Waterland en Beeckestijn. Amsterdams geld werd daar omgezet in fraaie buitenhuizen in het groen.
Een half uur gaans van mijn ‘buitenhuis’ ligt het kerkdorp Velsen. Tot vorig jaar was ik er nooit geweest, vanwege de lawaaiige verkeersweg die het dorp afsnijdt van de groene oase van Velserbeek. Maar de kerktoren van Velsen was altijd een lonkend baken van eerbiedwaardige ouderdom, en toen ik de toegang naar het dorp had ontdekt – een fiets- en voetgangerstunnel onder de snelweg – vond ik eindelijk mijn weg naar het oude doch verborgen hart van dit bij vele Hollanders onbekende gebied.

Velsen is een historische openbaring. Het is een vlek van niks, je loopt er zo doorheen. Het is strak begrensd tot een driehoek, verborgen tussen de drukke weg naar IJmuiden, het Noordzeekanaal en de elegant op afstand gehouden jongere bebouwing van Velsen-Zuid. Maar het is wel een heel mooi vlekje voor de geschiedenisliefhebber. Middenin staat een 11de-eeuwse tufstenen kerk aan wie de geschiedenis is af te lezen. Al voor 722 werd de parochie Velsen gesticht door Willibrord, en toen was er al een voor die tijd dichtbevolkt dorp.
Aan de noordkant van de kerk is in de muur de omtrek te zien van wat ooit de Brederodekapel was, een bijzondere plek in de geschiedenis van de Hollandse archeologie. Hier werden namelijk in 1967 de stoffelijke resten gevonden van Willem, eerste heer van Brederode (c. 1225-1285) en zijn vrouw Hillegonda van Voorne (c.1230-1302), van wie het ooit zo machtige geslacht Brederode afstamde. Kasteel Brederode was hun woon- en machtszetel, maar hier in Velsen gingen ze naar de kerk. Reconstructies van hoe Willem en Hillegonda eruit hebben gezien, kun je tegenwoordig bewonderen in het Huis van Hilde in Castricum – een fietstochtje van een uur vanaf Driehuis. Jammer dat er in Velsen op de kerkmuur niet een bordje of monumentje is aangebracht voor de Brederodes.

Naast de kerk verraden de kleine maar fraaie huizen – dikwijls 17de en 18de-eeuws – de ouderdom van het plaatsje. Sommige panden zijn duidelijk de uitkomst van eeuwen aan verbouwen, met opmerkelijke hoeken die geen architect zou bedenken. De straatjes zijn er smal en vrij van auto’s. Op twee plaatsen wordt herinnerd aan het feit dat Velsen in de loop der tijden is gehalveerd, met dank aan het Noordzeekanaal. Aan het kanaal zelf staat een monumentje voor dat verdwenen Velsen; bij de kerk kun je op een bord zien wat er afgebroken is: de notaris, de dokter, de smid, de bakker en de slager moesten allen wijken.
De verbredingen van het Noordzeekanaal betekenden een grote omslag in de geschiedenis van het dorp. Lag Velsen eerst nog op afstand van het oorspronkelijk tracé, nu ligt het op de oever. De Velsenaren hadden er gezien het monumentje zo hun eigen gedachten over. Gelukkig lijkt de oude kern bewaard te zijn: naast de kerk staat het weeshuis uit 1769, en het voormalige raadhuis van Velsen – een betrekkelijk modern bouwsel uit 1906 dat mild detoneert tussen de oudere panden. Het woonwijkje is nu een beschermd dorpsgezicht, dus het kanaal kan er niet meer van afsnoepen.

Naast de kerk ligt ondertussen een ander, toevallig monument voor de kanaalaanleg. Onder forse stenen liggen daar mensen met Engelse namen, zoals Daniel Cray uit Holytownbridge in Lanarkshire. De jonge Schot, voorman op een locomotief, stierf op 31 mei 1870 ver van zijn vaderland, slechts 23 jaar oud. Wat hem zo jong deed sterven, vertelt de steen niet. Hij en een aantal andere onderdanen van koningin Victoria kwamen voor de ‘Amsterdam Canal Works’ naar Nederland en vonden er hun graf.
Zo balt de geschiedenis van Holland zich samen in Velsen, aan weerszijden van de kerk: de Brederodes rustten er aan de noordkant, Daniel Cray en zijn collega’s aan de zuidkant. Emblemen van de middeleeuwen op een steenworp afstand van vertegenwoordigers van de Industriële Revolutie.
